
Carnaval is een feest dat ieder jaar opnieuw miljoenen mensen samenbrengt, maar opvallend genoeg valt het nooit op dezelfde datum. Dat roept logischerwijs vragen op. Wij van Oeteldonkstijl horen dan ook vaak van klanten: “Hoe wordt carnaval eigenlijk bepaald?” In deze blog leggen we precies uit waar de carnavalsdatum vandaan komt, waarom het feest zo leeft in het zuiden van Nederland, en hoe jij je optimaal kunt voorbereiden. Of je nu een doorgewinterde carnavalsvierder bent of voor het eerst mee wilt doen: een goede voorbereiding begint met kennis van het feest. Want carnaval is méér dan een paar dagen verkleden het is traditie, beleving en verbondenheid.
Wanneer is carnaval precies?
De datum van carnaval is gekoppeld aan de kerkelijke kalender, en dat zorgt ervoor dat het feest ieder jaar op een ander moment valt. Carnaval wordt namelijk gevierd in de dagen die voorafgaan aan Aswoensdag, de start van de vastentijd in het christendom. Aswoensdag valt altijd veertig dagen voor Pasen, en dat betekent dat de carnavalsperiode ergens tussen begin februari en begin maart plaatsvindt, afhankelijk van het jaar. De bekendste dagen zijn zondag, maandag en dinsdag – ook wel de drie dolle dagen genoemd – met als afsluiter de Vastenavond op dinsdag. Voor veel mensen begint het feest echter al op vrijdag of zaterdag, met optochten, verkleedpartijen en feestjes die dagenlang doorgaan.
Waar komt carnaval vandaan?
De oorsprong van carnaval gaat terug tot de middeleeuwen, en zelfs daarvoor. In die tijd was het een gelegenheid om uitbundig te eten, drinken en feesten voordat de sobere vastentijd begon. De naam ‘carnaval’ komt van het Latijnse carne vale, wat letterlijk betekent ‘vaarwel aan het vlees’. In de katholieke traditie werd veertig dagen lang gevast, en carnaval was het laatste moment waarop mensen nog volop konden genieten. Hoewel het religieuze aspect inmiddels minder op de voorgrond staat, zijn de symboliek en rituelen bewaard gebleven. In Nederland is het feest vooral diepgeworteld in het zuiden – met name in Brabant, Limburg en delen van Gelderland – waar het feest uitgroeide tot een unieke culturele beleving. Elke stad en dorp heeft zijn eigen gebruiken, kleuren en muziekstijlen, wat carnaval zo bijzonder maakt.

Hoe bereid je je voor op carnaval?
Wie écht wil opgaan in de carnavalsbeleving, zorgt ervoor dat zijn of haar outfit en uitstraling volledig in stijl zijn. De traditionele kleding bestaat vaak uit een boerenkiel of carnavalsjas, die rijkelijk wordt versierd met insignes, linten en emblemen. Deze uitbundige stijl is niet alleen een visueel spektakel, maar ook een vorm van expressie en identiteit. Veel mensen sparen jaar in jaar uit insignes die hun kleding steeds persoonlijker maken. Bij Oeteldonkstijl.nl vind je een uitgebreid assortiment carnavalsjassen en boerenkielen in verschillende maten, kleuren en stijlen, zodat jij helemaal in stijl de straat op kunt. Vergeet ook niet accessoires zoals sjaals, hoeden, handschoenen en buttons: het zijn juist de details die jouw outfit uniek maken.
Oeteldonk: het kloppende carnavalshart
Voor veel carnavalsvierders is Oeteldonk, het alter ego van ’s-Hertogenbosch, het absolute middelpunt van het feest. Tijdens carnaval verandert de stad volledig van sfeer en identiteit. De burgemeester wordt tijdelijk vervangen door Prins Amadeiro, en alles in de stad wordt ondergedompeld in de rood-wit-gele kleuren van Oeteldonk. De stad wordt aangekleed met vlaggen, spandoeken en Oeteldonkse symboliek, terwijl de straten gevuld worden met vrolijke mensen in boerenkielen en jassen vol insignes. Oeteldonk is geen gewone carnavalslocatie – het is een traditie, een manier van leven en een gevoel van thuiskomen. Hier draait het niet alleen om feesten, maar om saamhorigheid, zelfspot en liefde voor het erfgoed.
Carnaval in Brabant en daarbuiten
Hoewel Oeteldonk een uniek fenomeen is, wordt carnaval ook in de rest van Brabant met volle overgave gevierd. In steden als Lampegat (Eindhoven), Kruikenstad (Tilburg), Tullepetaonestad (Roosendaal) en vele andere plaatsen heerst diezelfde uitbundige sfeer, met optochten, hofkapellen en creatieve verkleedpartijen. Elke plaats heeft zijn eigen kleuren, dialecten, carnavalsnamen en rituelen, wat zorgt voor een enorme rijkdom aan lokale cultuur. Wil je meer weten over hoe het feest leeft in deze provincie? Bezoek dan onze speciale pagina over Brabant en laat je inspireren door de verschillende producten. Ook buiten Brabant – met name in Limburg – is carnaval niet meer weg te denken, al krijgt het daar vaak een iets andere invulling met meer nadruk op muziek en optredens.
Symboliek en betekenis

Carnaval zit vol symboliek. Van de kleuren van de sjaals tot de orden van Prins Carnaval – alles heeft een betekenis. De boerenkiel staat symbool voor gelijkheid: iedereen is tijdens carnaval gelijk, ongeacht status of achtergrond. De insignes en emblemen die op de jassen worden gespeld, vertellen vaak een persoonlijk verhaal of verwijzen naar actuele gebeurtenissen. Daarnaast speelt muziek een grote rol: traditionele carnavalsliedjes brengen mensen samen en worden uit volle borst meegezongen. Ook zie je tijdens het feest veel kikkers, vlaggen en zelfgemaakte attributen terug in het straatbeeld – zeker in Oeteldonk, waar de kikker een belangrijk symbool is. Het zijn deze rituelen en symbolen die carnaval zoveel diepgang geven en het feest onderscheidend maken van andere evenementen.
Carnaval: méér dan verkleden en feesten
Hoewel carnaval bekendstaat als een uitbundig feest, is het voor veel mensen veel meer dan alleen verkleden en feesten. Het is een jaarlijks ritueel dat mensen verbindt, tradities levend houdt en ruimte biedt voor creativiteit en zelfexpressie. Het geeft mensen de kans om even hun zorgen los te laten, zichzelf te zijn (of juist even iemand anders) en samen te genieten van iets dat groter is dan henzelf. Of je nu uit Brabant komt of van boven de rivieren afzakt naar het zuiden: carnaval is er voor iedereen die zich wil onderdompelen in een wereld van plezier, symboliek en saamhorigheid. En met de juiste outfit van Oeteldonkstijl ben jij daar helemaal klaar voor.